Over clicheschatkamer

Ik heb een haat- en liefde verhouding met clichés, aan de ene kant zijn ze saai, aan de andere kant fascinerend.

Dooddoeners

Wat zijn dooddoeners?

Dooddoeners. Denkt u dan ook meteen aan de boeken over Harry Potter; over een eskader van duistere mannetjes met doodskoppen op hun pols getatoeëerd die je komen halen.

Ook in de spreektaal zijn dooddoeners een geduchte vijand. Ze mogen misschien als flauw worden afgedaan, maar ze zijn dat zeker niet. Ze hullen zich achter nietszeggendheid, bijvoorbeeld bij een opmerking als “morgen is er weer een dag”, maar hun aard is in werkelijkheid vlijmscherp. Met de trefzekerheid van een samoerai-zwaard snijden ze de spreker zijn adem af. Hij stopt met praten. Hij moet wel.

Samoeraizwaarden

Samoerai-zwaarden, museum Volkenkunde Leiden

Waarom worden dooddoeners dan toch gebruikt? Over de tweeling Angst en Macht

Meestal is de spreker niet blij nadat hij door zijn gesprekspartner getrakteerd is op een dooddoener. Soms kan het zelfs pijn doen. Vandaar het samoerai-zwaard als metafoor. Maar je kunt jezelf afvragen: als dit soort clichés zo’n negatieve bijsmaak hebben, waarom gebruikt iedereen ze dan? Ook degenen die zich er doorgaans laatdunkend over uit laten, maken zich er zo nu en dan schuldig aan.

Hiervoor zijn twee redenen te geven: angst en macht. Angst: de toehoorder weet niet wat die met het verhaal van de spreker aanmoet. Het verhaal kan een diepere emotionele laag treffen dan de luisteraar wil tonen. Uit angst met een mond vol tanden te staan of in tranen uit te barsten, kapt hij het gesprek af. Dit afkappen lukt het best met vage uitspraken, die niet bevelend klinken of op de zaak ingaan. Want dat triggert juist een reactie van de spreker. Effectiever zijn dan algemene uitspraken die op een onduidelijke manier naar het onderwerp verwijzen. Of de toehoorder is het geklets van de spreker zat, maar is bang onaardig te lijken. In plaats van “houd nou maar even je kop” zegt hij in zo’n geval liever “zo gaan die dingen”.

De machtsfactor zie je duidelijk tijdens discussies – een machtspel bij uitstek. Als sprekers zich in een hoek gedrukt voelen, kunnen ze zich verweren door argumenten buiten de kennis over het onderwerp te zoeken. Hij gooit het op algemene beweringen als “dat moet nog nader onderzocht worden”, “ik heb daar nog nooit van gehoord” of “alles is maar hoe je het bekijkt”. Het klinkt flauw, maar voor sommigen is alles beter dan toegeven dat je het gewoon niet weet. Hier blijken angst en macht weer onlosmakelijk met elkaar verbonden.

Nu is de dooddoener niet alleen het wapen van de toehoorder. Ook de spreker zelf kan dit middel hanteren om kamikaze te plegen op zijn eigen onderwerp. Dit kan een handige uitweg zijn, als hij geen zin heeft om meer te vertellen of dat hij ontdekt dat hij zich sluipenderwijs op moeilijk terrein heeft begeven. Hij wil niet het achterste van zijn tong laten zien of verzanden in negativiteit. Iedereen weet – spreek ik met enige ironie – dat de eindconclusie van een gesprek een stijgende lijn moet inhouden en met een positieve noot dient af te sluiten. Met een dooddoener (zoals “We gaan gewoon verder”) kan de spreker het gesprek afkappen en de touwtjes zelf in handen houden.

Dooddoeners: ook erg handig in de politiek of in het bedrijfsleven

Dooddoeners doen het goed tijdens vergaderingen. Ze zijn een gehaaide manier om nee te zeggen tegen een voorstel. Je kunt gewoon tegen je collega zeggen dat je zijn of haar voorstel totaal niet ziet zitten. Maar dan kun je wel een weerwoord verwachten. Veel mensen zijn conflictmijdend, dus kiezen ze voor de gemakkelijke weg: de ander de mond snoeren met vage beloften, die tegelijkertijd heel professioneel klinken. “We nemen het mee in het volgende overleg”, “Dat kan pas als er intern voldoende draagvlak voor is”, “Dat past niet in onze toekomstvisie”. Ook al heeft die collega ook wel door wat er aan de hand is, er is niets waar hij of zij de vinger op kan leggen. De dooddoener dient het gemak.

Pijnlijke dooddoeners

Verhalen die het leven van de donkere kant laten zien zoals dood, ziekte of eenzaamheid, kunnen de toehoorders confronteren met hun eigen angsten. Maar om dat af te wenden met een dooddoener…(”Zo gaat dat”) Zo’n vage uitspraak kan een steek recht in het hart zijn. Wanneer iemand vertelt dat hem net een dierbare is ontvallen of een miskraam heeft gehad. Een vriendin vertelde mij dat zij in korte tijd haar vader en haar beste vriendin had verloren. Eén uitspraak die zij vaak hoort en waar zij zich blauw aan ergert: “Je moet het loslaten, dan gaat het beter”. Alsof het rouwproces een boot is waarbij je de kabel los kan hakken en dat het vaartuig daarna vanzelf wel afdrijft. Zouden mensen die dit zeggen niet begrijpen dat het rouwen een langdurend proces van slijten is. Of is deze uitspraak een mantra om hun eigen angst om te sterven of dierbaren te verliezen te bezweren. Voor de rouwende komt dit bot over. Loslaten is handig – volgens de leer van de mindfullness – om het piekeren te staken, maar niet als remedie tegen de rouw. Beter kun je niets zeggen, een begrijpende knik zegt meer dan genoeg.

pasteltekening cliches rouw

Rouw – pastel op papier, 2013, KMK

Wat kun je beter doen?

Ik heb aan het eind van de vorige alinea al een suggestie gedaan, maar communicatiedeskundigen geven in hun blogs over dit onderwerp ook allerlei adviezen: goed luisteren naar de ander, de gevoelens van de ander erkennen (Alleen is het niet zo dat mensen juist een dooddoener gebruiken, omdat ze daar geen zin in hebben?). Door het verhaal van de ander kort samen te vatten, geef je te kennen dat de ander is gehoord. En…kun je meteen de kans grijpen om zelf een ander onderwerp aan te snijden.

Moeten dooddoeners bij het grofvuil worden gezet?

De vraag is alleen of dit loeischerpe zwaard wel in alle gevallen onklaar moet worden gemaakt. Een dooddoener kan ook een signaal zijn dat er iets te lang over het onderwerp is gesproken. Tijd om te stoppen en de ander aan het woord te laten.

Journalist Jo Wijnen plaatst de dooddoener in een veel positiever licht. Uitspraken als “Het is niet anders” of “Je kunt nu eenmaal niet alles hebben” tonen berusting in het leven zoals het zich voordoet. Ook al zit het niet altijd mee. Deze uitspraken kunnen nog zo zouteloos lijken, ze dragen de magische kracht in zich om je overeind te houden, je er doorheen te slaan. Een grootmoeders recept om de moed erin te houden. Zo bezien zijn het geen dooddoeners, maar “krachtbrengers”. In dit licht bezien hoeft een dooddoener niet altijd dood te slaan.

Volgende blog: dooddoeners tussen mannen en vrouwen

Benieuwd wat voor dooddoeners mannen en vrouwen maar al te graag binnen de relatie gebruiken? Dat kan je over twee maanden in mijn volgende blog lezen. Misschien weet jij nog een paar sterke?

Bronnen:
Het leven; de mensen om mij heen, Inez van Eijk, Het totale taalboek, Rainbow Pocket, 1995
http://nl.wikipedia.org/wiki/Dooddoener_%28stijlfiguur%29 , http://columns.dg.nl/jo-wijnen/dooddoeners/
http://www.psychologisch.nu/content/communicatieregel-8-doseer-dooddoeners-en-flauwe-grappen
http://psychologie-nu.blogspot.nl/2006/09/de-onderschatting-van-de-dooddoener.html
http://www.zwangerschapspagina.nl/miskraam/543712-de-meest-briljante-dooddoeners-een-miskraam-4.html
http://www.taalmeldpunt.nl/meldpunt/47388
http://www.miramero.com/blog/pas-op-voor-deze-dooddoeners/
http://www.creatiefdenken.com/dooddoeners.php

dooddoeners, oftwewel de kunst van het neezeggen…


http://vanallesennogwat.tweakblogs.net/blog/10217/dooddoeners-in-een-discussie.html

 

Voorbeelden van dooddoeners

Dagelijks leven:

  • Waarom? Daarom!
  • As? As ligt tegen Ternat
  • Als de hemel valt, zijn we allemaal dood
  • Als, als, als… as is verbrande turf
  • Het is gewoon een kwestie van smaak
  • Je weet niet hoe het voelt om arm te zijn
  • Dat mag jij vinden
  • Zo gaat dat in het leven
  • Wat komt dat komt
  • Je kunt nu eenmaal niet alles hebben
  • Neem het zoals het is
  • Je kunt wel alles willen
  • Waar je mee omgaat, word je mee besmet
  • Een mens kent zichzelf het best
  • De een is de ander niet
  • Ik ken hem langer dan vandaag!
  • Onze Lieve Heer heeft rare kostgangers
  • Hij is geen haar beter dan z’n vader
  • Hij heeft het niet van een vreemde
  • Van je familie moet je het hebben
  • Het zal je kind maar wezen
  • We leven nog
  • Ach, je moet wat hè
  • Het valt wel, maar niet mee
  • Breek me de bek niet open
  • Práát me d’r niet van
  • Ik zeg maar zo, ik zeg maar niks
  • Wees maar tevreden met wat je hebt
  • Beter te veel dan te weinig.
  • Beter mee verlegen dan om verlegen
  • Nóg een geluk bij een ongeluk!
  • Wat niet is, kan komen
  • Ach zo maak je nog ’s wat mee
  • De bal is rond
  • Ik mag niet klagen

In discussies:

  • Dat is dan jouw mening
  • We hebben niet genoeg informatie
  • Dat moet nog nader onderzocht worden
  • Omdat het kan
  • Bewijs maar eens dat het niet zo is
  • Als je dat niet begrijpt, heeft discussie verder geen zin
  • Ik heb toch niets te verbergen
  • Als je niets te verbergen hebt, dan heb je niets te vrezen
  • Het heeft altijd zo gewerkt/ het werkt al jaren zo
  • Veel mensen doen het, dus dan zal het wel goed zijn…
  • Je zit teveel in je hoofd

In beleidsvoering en politiek:

  • Doe niet zo dwaas
  • Mag niet van Brussel
  • Het gaat toch goed zo?
  • Dat is niet ons probleem
  • Denk er nog eens over na
  • Laten we realistisch blijven
  • Zet het eerst maar op schrift
  • Dat is in strijd met ons beleid
  • Daar zijn wij nog niet rijp voor
  • De minister zal er niets in zien
  • Laten we het in beraad houden
  • Sinds wanneer ben jij een expert geworden?
  • Daar moeten we nog maar eens over praten
  • Als het echt een goed idee was, hadden anderen het al lang geprobeerd
  • Ik ben te oud om me daar nog in te verdiepen

Dooddoeners om zelf een gesprek af te kappen:

  • Dat zit wel goed hoor
  • Komt wel weer goed hoor
  • Dat is het hele eiereten
  • Snappez-vous!
  • Bekijk het eens positief
  • Dat doen wij allemaal al

Dooddoeners in het bedrijfsleven:

  • het past niet binnen onze toekomstvisie
  • we spelen het door aan de afdeling techniek
  • ik ben bang dat het nogal gevoelig ligt
  • we nemen het mee in het volgende overleg
  • ik wil het wel transparant houden
  • dat kan pas als er intern voldoende draagvlak voor is…
  • daar is nog geen format voor
  • We hebben jarenlange ervaring in de branche
  • (een bekend figuur) beveelt het aan
  • dat hebben we al eens geprobeerd
  • laten we realistisch blijven
  • ze gaan dit niet snappen
  • dat is wel een hele grote stap
  • je krijgt de stakeholders niet mee
  • men is er niet klaar voor
  • dat gaat niet werken
  • ik ga er niet over
  • dat is een utopie

Bronnen:
Het leven, Inez van Eijk, Het totale taalboek, Rainbow Pocket, 1995
http://www.moorsmagazine.com/lijstebrij/dooddoeners.html
http://nl.wikipedia.org/wiki/Dooddoener_%28stijlfiguur%29
http://www.encyclo.nl/begrip/dooddoener
http://www.taalmeldpunt.nl/meldpunt/47388
https://nl-nl.facebook.com/dooddoeners
http://vanallesennogwat.tweakblogs.net/blog/10217/dooddoeners-in-een-discussie.html
http://www.taaluilen.nl/taaltips/moest-er-nog-eens-bijkomen-van-niet/
http://www.citaten.net/zoeken/citaten-dooddoeners.html
http://www.sanneroemen.nl/dooddoeners/
http://www.creatiefdenken.com/dooddoeners.php

Clichés in de spreektaal

¨Weertje, hè¨

Deze uitspraak blinkt niet uit in originaliteit, maar dit blijkt niet altijd nodig te zijn. In de spreektaal vervullen clichés een aantal nuttige functies:

  • als smeermiddel
  • als façade
  • als magische formule
  • als middel om veiligheid te verschaffen
  • als groepsbinding
  • als bemoediging (of goedprater)

Clichés als smeermiddel

tube met prut

Het cliché als smeermiddel

Vooral op het moment wanneer mensen contact met elkaar maken, wordt dankbaar gebruik gemaakt van gemeenplaatsen. Op de fora die over dit onderwerp gaan, zijn veel mensen aanwezig die zich ergeren aan uitspraken als: “Heb je het kunnen vinden” als zij ergens worden binnengelaten. Maar zij vergeten dat het bij het communiceren niet alleen om het overbrengen van interessante informatie draait. Het kan ook dienen om een band met elkaar te smeden of contact weer aan te halen als men elkaar een tijd niet gezien heeft. Een soort smeermiddel dus. Die manier van communiceren verschilt niet wezenlijk van het vlooien, zoals dat door apen wordt gedaan. Door in deze veilige modus te treden, hoopt men een zekere mate van vertrouwelijkheid op te bouwen. Hierna kan men zich veel vrijer voelen om meer zinvolle, authentieke informatie te verstrekken.

Dit soort clichés spelen ook een grote rol bij noodzakelijke interacties zoals bij artsen. “Hoe gaat het met u”, vraagt hij als hij tijdens zijn ronde langs de ziekenzalen aan het bed van de patiënt komt te staan. Het is een routinematig gestelde vraag die weinig emotionele inzet toont. Hij zit niet te wachten op een lang en indringend verhaal, daar is geen tijd voor, en hij richt zijn blik al gauw op de grafieken die aan diens bed hangen. Wat te denken van serveersters in De Verenigde Staten die met een smile van oor tot oor vragen “How are you?”. Stel je voor dat een klant antwoordt :“Not very well” en vervolgens al zijn tegenslagen gaat opnoemen. Dan zou de serveerster raar opkijken.

Veel clichés zijn codes geworden

Achter deze codes gaat een heel verhaal schuil. Het zijn geaccepteerde façades, waarin je impliciet duidelijk maakt dat je niet de hele waarheid wenst te vertellen. Een voorbeeld hiervan is af te sluiten met: “Ach ja, het leven gaat door” nadat je zojuist hebt verteld dat je net een dierbaar persoon verloren hebt. Op dat moment kan je het gevoel hebben dat je wordt verscheurd door verdriet en je even niet weet hoe je verder moet, maar je hebt er beslist geen trek in om dit de ander uit te leggen. Het persoonlijke, het authentieke, wordt zo bewust omzeild. Vaak wordt dit door de ander ook nog op prijs gesteld omdat die op deze manier minimaal geconfronteerd wordt met de eigen angsten.

Over angst wordt liever niet gesproken, hetzelfde geldt voor boosheid. De overheersende communicatietrend is er een van positief denken. Men moet met de sfeer van de groep meegaan. Stel je vragen dan ben je moeilijk aan het doen. Als je niet oppast, krijg je al gauw het etiket cynisch en zuur opgeplakt. Men is wars van moeilijk doen. De uitdrukking “Dat zou zomaar kunnen” is een toonbeeld van deze, gespeelde nonchalance. Men heeft er geen zin in om er verder over na te denken. Of: “Moet kunnen” is er ook nog zo een.

Tijdens een rouwstoet wordt confetti gestrooid

Niet moeilijk doen!

Clichés als magische formules

Gemeenplaatsen kunnen de eeuwenoude kracht van magie in zich dragen. Mensen denken een situatie door woorden te kunnen beïnvloeden, zoals de uitroep “gezondheid!” wanneer iemand niest. Maar ook door dingen niet rechtstreeks uit te spreken, hopen mensen mogelijk onheil af te kunnen wenden. Authenticiteit kan in sommige gevallen namelijk gevaarlijk zijn. Door onwenselijke situaties precies te benoemen, zijn we bang die daardoor juist op te roepen. “Het zal toch wel niet?” Wat “het” precies betekent, laat de spreker aan het begrip van de ander over. Hij wenst dit niet zelf uit te leggen. Niet voor niets wordt er kwistig met clichés gestrooid bij geboorten en begrafenissen. Juist bij deze gebeurtenissen liggen de zaken zo gevoelig. Eén verkeerd woord (“hij is wel erg klein”) en het welzijn van het jonge leven staat wellicht op het spel. Onzekerheid maakt bijgelovig. Dan kan je beter uitroepen dat het kind zo verrassend veel op zde vader lijkt. Eén verkeerd woord tijdens de uitvaart en je hebt de gevoelens van mensen diep gekwetst. Ook al was het algemeen bekend dat ome Joop een ongelovige gierigaard was.

Clichés lijken volgens socioloog Zijderveld extra gewicht te krijgen als ze uit de mond komen van een gewichtig persoon zoals bijvoorbeeld een dominee of een arts. Ook al zijn dat de meest afgezaagde gemeenplaatsen. Ze vervullen hierbij de oude rol van tovenaar of sjamaan. 1 Clichés doen ook qua vorm denken aan toverspreuken, ze zijn vaak herhaald, in een vast patroon en hebben een bepaald cadans. Iedere situatie heeft zijn eigen set gemeenplaatsen, net als je voor elke wens een toverspreuk hebt.

Clichés geven schijnveiligheid

In het verlengde van dit magisch denken geven clichés een zekerheid, een illusie dat de wereld toch een veilige plek is, waar alles vertrouwd toeschijnt. Mensen die beginnen met een clichématige opmerking, kijken raar op als iemand weigert op gepaste manier te reageren, maar niet of juist heel letterlijk op reageert. Alsof je iemand de bal toespeelt en de ander die gewoon voor zijn voeten laat rollen of zelfs een andere bal pakt. De eerste spreker zal zich dan enigszins uit het lood geslagen voelen. De mechanische veiligheid is verdwenen, de veiligheid van het automatisme. Clichés zijn immers net hapklare brokken waardoor de spreker niet over elke zin hoeft na te denken. Het is vergelijkbaar met het automatisme waarmee je spieren werken wanneer je een trap afloopt. Daarbij moet je ook niet na gaan denken, dan ligt juist het gevaar op de loer dat je valt. Bovendien is er bij deze hapklare brokken weinig kans is dat de ander jouw woorden verkeerd interpreteert. Zo weet de spreker tenminste zeker dat hij begrepen wordt.

Een cliché kan ook dienen als redmiddel in hachelijke situaties of in het geval dat iemand in verlegenheid is gebracht. Stel je voor je zit met een jong kind in de bus en die zegt plompverloren: “Kijk eens, die mijnheer is helemaal zwart.” Tja, wat zeg je dan? Waarschijnlijk kies je voor de meest uitgesleten, nietszeggende opmerking. Waarschijnlijk iets dergelijks als “Die mijnheer komt uit een heel warm land, waar de zon heel heet schijnt”. Zo’n gemeenplaats heeft de mogelijkheid eigen schaamte af te wenden en tegelijk te voorkomen dat anderen gekwetst worden. Deze opmerking herstelt het evenwicht en brengt de betrokkenen terug naar de routine van het gebruikelijke, het veilige.

Die is een van ons

Clichés hebben aan de ene kant een onderscheidend vermogen, hogeropgeleiden hebben in de regel een hekel aan clichés. Zij horen liever opmerkingen waaraan meer denkkracht is voorafgegaan en betekenisvoller zijn. Aan de andere kant verbinden gemeenplaatsen gelijksoortige mensen met elkaar. 2 Doordat een ander op een juiste manier reageert op een cliché-opmerking, toont die die aan uit hetzelfde hout te zijn gesneden. Het valt mij elke keer weer op dat in de wachtkamer op vliegvelden bepaalde groepen elkaar meteen weten te vinden. Een plek waar niemand elkaar kent, maar waar men toch de tijd moet zien te door te brengen. Ze grappen en lachen, de gemeenplaatsen vliegen door de lucht. Dit is de positieve kant. Zijderveld schrijft echter dat clichés ook de functie van sociale controle kunnen hebben. Een cliché niet begrijpen is dan iets als de verkeerde pincode intoetsen. Je wordt dan niet toegelaten tot de gemeenschap. 3 Je behoort niet tot het vertrouwde, het ‘ons kent ons’.

Omgekeerd kun je in een bepaald gezelschap compleet uit de markt prijzen met uitspraken zoals “weertje, hè”. Bedenk eens wat originelers zie je ze al denken.

Voor buitenlanders die net Nederlands hebben geleerd zijn clichés een waar obstakel. Dat weet ik uit mijn ervaring als NT2-docent. Zij hebben de neiging door hun beperkte kennis van de Nederlandse taal alle woorden letterlijk te vertalen. Wat moet een anderstalige met een uitdrukking als ¨Ja toch, niet dan?¨ Later leert een deel van hen de meest gebruikte clichés wel begrijpen en gebruiken die soms zelf ook.

Elke subcultuur heeft zijn eigen clichés, net als elke beroepsgroep, het zogenoemde vakjargon. Ook heeft elke generatie zijn eigen vocabulaire aan gemeenplaatsen. Een twintigjarige zal niet gauw zeggen “Die…[vul maar een situatie in] die weet wat”. Maar misschien wel: ¨Hoor ik daar een lama schijten?¨ als iemand naast hem of haar onzin staat uit te kramen.

In mijn vorige blog, heb ik een overzicht van clichés in de spreektaal gegeven. Daarin heb ik geprobeerd de verschillende gemeenplaatsen te rubriceren naar soort en situatie waarin ze gebruikt worden.

Als middel om moed in te spreken en…er vanaf te zijn

Gemeenplaatsen zijn uitermate geschikt als je een ander moed in wil spreken, terwijl je het zelf eigenlijk ook niet goed weet. Een verkeerd woord, dat alles nog erger maakt, is gauw uitgesproken. Dus verschuilt men zich graag achter voorgebakken zinsneden als: “Het komt allemaal wel goed”. Zo proberen ze niet onverschillig over te komen. Of erger nog: als mensen zonder enige medische achtergrond zeggen wanneer je net hebt vertelt dat een familielid een ernstige ziekte heeft: ”Ze zijn er vroeg bij, dus dan is de kans op genezing groot”. Al blijkt uit dit laatste voorbeeld dat vaak de grens tussen een cliché ter bemoediging en een dooddoener moeilijk is te trekken. Deze laatste is een handig gereedschap om een (moeilijk) gesprek te beëindigen. De dooddoener zal uitgebreider aan bod komen in een van de komende blogs.

Clichés kunnen ook verzachtend werken, zoals “Ach, dikke mensen zijn clicheschatkamer cliche taal munststukkengezellig”of “Veel geld maakt ook niet gelukkig” tegen iemand die het financieel zuur heeft. (Maar pas op: Als een geringe zweem van ironie in de stem doorklinkt, kunnen ze juist des te harder aankomen.)

Als verdediging kunnen clichés kunnen ook uitstekend gebruikt worden. Een voorbeeld hiervan is “Het gaat niet om de kwantiteit, maar om de kwaliteit”.

Wat is nu cliché?

Er zijn geen regels op te stellen voor wat nu een clichématige uitspraak is en wat niet. Je kan hier spreken van een verglijdende schaal. Wat voor de een als een cliché klinkt, is voor de ander nieuw en gevat. Zoals ik al schreef is dat ook een kwestie van maatschappelijke gelaagdheid, opleiding en leeftijd. Het gebruik van gemeenplaatsen is ook eigenlijk niet te voorkomen. Mensen die een hekel aan clichés hebben, blijken zichzelf ook wel eens te vergrijpen aan een platitude. Bloggers dus ook! Inez van Eijk heeft in haar boek Als mijn tante een snor had… meer dan 5000 uitspraken en gemeenplaatsen geïnventariseerd. De uitspraken zijn afkomstig uit verschillende regio’s en het grappige is dat vele van deze gemeenplaatsen niet meer gangbaar zijn of alleen nog bekend bij ouden van dagen. Die uitspraken zijn eigenlijk cliché-af.

Op Twitter kun je bij @dagelijkscliché elke dag genieten (of je lekker ergeren) van een nieuwe reeks cliché-uitspraken.

 Noten:
1 A.C. Zijderveld, De tirannie van het cliché. Van Loghum Slaterus, Deventer 1982, p 82.
A.C. Zijderveld, De tirannie van het cliché. Van Loghum Slaterus, Deventer 1982, p 94.
3 Idem.

Literatuur:

*De tirannie van het cliché, A.C. Zijderveld, Van Loghum Slaterus, Deventer 1982 of:
http://www.dbnl.org/tekst/zijd004tira01_01/zijd004tira01_01_0005.php
*Taal is zeg maar echt mijn ding, Paulien Cornelisse, 2009, Contact Amsterdam
*En dan nog iets, Paulien Cornelisse,Contact Amsterdam 2012
*Oubotaal, de taal van de kromme tenen, Jan Kuitenbrouwer, 1999, Contact, Amsterdam.
*Hun verloedere me taal, Lydia Rood, Den Haag, 2012.
*Als mijn tante een snor had…, Inez van Eijk, 1995, Contact Amsterdam.

Overzicht van cliches in de spreektaal

Voorbeelden van clichés in gesprekken:

Natuurlijk is deze lijst niet volledig. Als je nog meer clichés wilt bekijken, is er nog het account @DagelijksCliche op Twitter of lees het boek Als mijn tante een snor had… geschreven door Inez van Eijk. Van Eijk heeft in dit boek meer dan 5000 uitdrukkingen geïnventariseerd. Zeker als je interesse hebt in nostalgische clichés is deze verzameling een must, want een aanzienlijk deel bestaan uit zegswijzen die vooral door oudere generaties zijn gebezigd.

Sowieso alle uitspraken die afkomstig zijn van reclamespots kun je cliché noemen. Want het zijn eigenlijks niets anders dan grapjes op bestelling die iedereen al honderd keer heeft gehoord op TV, radio of Internet. Geen ¨Isse simpèl¨ of ¨Foutje, bedankt!¨

De betere luchtverplaatsingen:

Kat die tevoorschijn komt

Wie maakt mij wat wijs?

  • Gewoon rustig doorgaan met ademhalen
  • Dat hou je toch
  • Interessant, maar gaat u verder
  • Ik zeg maar zo, ik zeg maar niets
  • Ja nee, dat is voor niemand leuk
  • Nou ja, overal is wel eens wat
  • Da’s ’t punt
  • Ach ja, zo gaan die dingen
  • Die (noem maar iets of iemand), die weet wat
  • Zeg dat wel
  • Waanzinnig eigenlijk
  • Ja toch, niet dan
  • Zeker weten
  • Zo kom je nog eens ergens
  • Zo, daar zitten we dan
  • Ja, dat zeg ik
  • Het zal je maar gebeuren
  • Tijden veranderen
  • Moet kunnen
  • Het komt wel weer goed
  • Dat wil wel

Bijdehand:

  • Als mijn tante een snor had, was ze mijn oom
  • Die is niet aan zijn melktanden gestorven (erg oud geworden)
  • Het tocht (als de gulp openstaat)
  • Husse husse, met je neus ertussen
  • Dat had je nou niet moeten doen!
  • Iemand lastigvallen (terwijl je hem alleen iets wil vragen)
  • Ach joh, macht kein Flaus aus
  • Ah, op die fiets
  • Dubbel genaaid houdt beter
  • Het kost een paar centen, maar dan heb je ook wat
  • Ik ben je moeder niet
  • Dat mocht je willen
  • Maak dat de kat wijs!
  • Daar is over nagedacht
  • Ik pas
  • Zo zijn we niet getrouwd
  • Jij hebt niets te willen
  • Kom onder die steen vandaan
  • Hoor ik daar een lama schijten
  • Nu jij weer!
  • Moet kunnen
  • Dat wil je niet weten

¨Waarheden¨:

  • Wat geen eigen is, wordt geen eigen
  • Het zit in de genen (als zoveel in de genen zit, als deze uitdrukking wordt gebruikt, hadden we aan 46 chromosomen niet genoeg gehad)
  • De beste mensen gaan als eerste
  • Je kunt goed merken dat het alweer langer licht blijft.
  • Uit de wind en in de zon is het prima uit te houden.
  • Met slechte mensen gaat het altijd goed. (Ten eerste: wanneer ben je een slecht
  • mens en ten tweede: Adolf Hitler heeft zelfmoord gepleegd, zo goed ging het dus niet met hem)
  • Wat vandaag valt, valt morgen niet.
  • Het is goed voor de plantjes/de tuin
  • We zijn toch allemaal in de wereld om mekaar te helpen
  • We zijn toch allemaal in de wereld om mekaar te helpen
  • Het moet wel leuk blijven
  • Alles kost geld
  • Ze denken alleen maar aan het geld/de cijfers/de poen
  • Dat zegt niks tegenwoordig
  • Die verdient een lintje
  • Overdrijven is ook een vak

Persoonlijk:

  • Heb ik weer
  • Zal mij weer overkomen
  • Nou zeg, wat een toeval
  • Ik heb nooit wat
  • Hier gebeurt nooit wat
  • Alles komt altijd tegelijk
  • Krijg nou niks!
  • Dat mag ook wel eens gezegd worden
  • Het was me het dag je wel
  • Vroeger was het anders/beter
  • Jij bent weer goed in andere dingen
  • Dan heb ik niks gezegd
  • Breek me de bek niet open
  • Meer dan je best kun je niet doen
  • Moet je net mij hebben

Begrijp me niet verkeerd::

  • Maar zo zijn ze niet allemaal hoor
  • Er zijn ook goeie bij
  • Zij/Hij heeft vast een goed hart…
  • Het moet wel leuk blijven
  • Met alle respect…
  • Om eerlijk te zijn…
  • Ik wil niets zeggen, maar…
  • Zij/hij heeft het niet zo bedoeld

In relaties:

  • Jij luistert nooit eens
  • Mannen…resp. Vrouwen…
  • Vrouwen zijn om van te houden
  • Mannen denken maar aan één ding
  • Moet ik dat geloven
  • Zoiets heb ik nog nooit gehoord
  • Je kan me wat
  • Praten, ja! Maar luisteren…ho maar.
  • Waarom kan jij nou nooit eens normaal doen?
  • Jij kan dat zo goed
  • Oké, jij je zin
  • Laat mij dat maar even doen
  • Ik doe het toch nooit goed
  • Jij leert het ook nooit
  • Wat heb ik nou aan jou?

Lichamelijke activiteiten:

  • Een mens moet in beweging blijven
  • Geef de boer een stoel (Als iemand een boer laat)
  • De aardappels afgieten (man die gaat urineren)
  • Een bruine trui breien (grote boodschap)
  • Die is niet aan zijn melktanden gestorven
  • Die heeft een bos hout voor de deur
  • Met de benenwagen
  • Ik zak zowat door mijn hoeven
  • Krakende wagens gaan het langste mee
  • Morgen gezond weer op

Eten:

Sushi

Prik een vorkje mee – Er ligt hier genoeg

  • Hapje eten, al bijna ABN geworden
  • Je natje en je droogje
  • Een vorkje meeprikken
  • Een broodje breken
  • Dat is knagen!
  • Je kunt hier van de vloer eten
  • D’r ligt genoeg
  • Eet ze met hapjes- Drink ze met slokjes
  • Een eenvoudige doch voedzame maaltijd
  • Dat zal er wel in blijven
  • Dat was best door je strot te persen
  • Nee, dat was niet echt goor
  • Je kan hier van de vloer eten
  • Er ligt hier genoeg
  • Op één been kun je niet lopen
  • Nog eentje om het af te leren
  • Ik sla over

Vakantie:

  • Genieten moet
  • Mensen, dit is toch léven
  • Het leven is slecht, heel slecht
  • Mij krijgen ze hier niet meer weg, deze jongen zit hier goed
  • Zonnetje, biertje, heeelemaal goed (Taal is echt mijn ding, Paula Cornelisse)
  • Hier kunnen mensen nog echt genieten van het leven.
  • De mensen zijn hier arm, maar op een andere manier zo rijk
  • Wat hebben wij het hier toch eigenlijk goed
  • Ik was hier echt heel erg aan toe.
  • Ik ga deze weken gebruiken om me weer op te laden

Versiertrucs:

  • Deed het zeer toen je uit de hemel viel?
  • De hemel moet nu een engel missen
  • Kom je hier wel vaker?

Afscheid:

  • Wij gaan de oppas aflossen
  • Morgen weer vroeg dag
  • Moeten we vaker doen
  • Volgende keer bij ons
  • We bellen/mailen/faxen
  • Jammer dat je weggaat, hier is je hoed
  • Tot in de pruimentijd
  • Tabé Canapé
  • Aju Paraplu
  • Tot sinas
  • De ballen
  • Hasta la pasta

Smakeloze uitspraken:

Deze worden alleen in bepaalde kringen leuk gevonden
(Komt overeen met de groep die het citeren van reclame-uitspraken lollig vindt):

  • Je kan beter over je fiets lullen, dan over je lul fietsen
  • Als het gras drie kontjes hoog is, …
  • Dat moet je zelf doen (als je zegt dat je naar de wc moet)

Literatuur:
* De tirannie van het cliché, A.C. Zijderveld, Van Loghum Slaterus, Deventer 1982 of:
 http://www.dbnl.org/tekst/zijd004tira01_01/zijd004tira01_01_0005.php
* Taal is zeg maar echt mijn dingPaulien Cornelisse, 2009, Contact A’dam
* En dan nog iets, Paulien Cornelisse, Contact Amsterdam 2012
* Oubotaal, de taal van de kromme tenen van Jan Kuitenbrouwer, 1999 Contact, Amsterdam.
* Hun verloedere me taal, Lydia Rood, Den Haag, 2012.
* Als mijn tante een snor had…, Inez van Eijk, Contact Amsterdam, 1995

Linux Mint is de ideale vervanger van Windows XP

Geen toeval dat het commando “sudo su” lijkt op sudoku

 Pittig pepermuntje

Windows XP-gebruikers hoorden tot hun schrik dat hun besturingssysteem vanaf 8 april 2014 niet veilig meer is. Dit noopte hen een nieuw besturingssysteem te zoeken. Werd het Windows 8.1, een illegale versie van Windows 7 (want deze wordt niet meer verkocht) óf Linux? Linux Mint zou volgens vele ICT- sites en in verschillende computerbladen de ideale vervanger van XP zijn, net zo gemakkelijk in het gebruik en veilig.

Mijn vriend en ik besloten uiteindelijk Linux Mint te installeren. 1 Een computerblad waarschuwde (als enige) dat het Linux-systeem heel anders van opbouw is dan Windows en dat “dat best even wennen is”. Dat is nog zacht uitgedrukt. Het werd een hele worsteling. Mint ziet er leuk uit, is overzichtelijk en als je alleen wil tekstverwerken en internetten is het prima te doen. Linux Mint ondersteunt mijn geluidskaart noch mijn Wacom-tekentablet. Beiden moesten dus elk afzonderlijk worden geïnstalleerd. Nu is installeren in Linux iets heel anders dan in Windows, niet alleen maar een kwestie van setup.exe-bestand dubbelklikken. Linux werkt met pakketten, sommige pakketten vormen een programma dat je in één keer kan binnenhalen via Softwarebeheer. Dan heb je geluk gehad.

 Tafelschikking tijdens een bruiloft

De meeste programma’s die je van het internet downloadt (zoals voor mijn Wacom-tablet èn geluidskaart) heb je ondersteunende programma’s nodig. Het is alsof je een auto koopt en de wielen en het stuur nog op de kop moet zien tikken, zoals mijn vriend al opmerkte.

voorkant puzzelboek

Linux Mint; Ideaal als je van puzzelen houdt

Die ondersteunende programma’s kunnen het niet altijd goed met elkaar vinden. Die ruzie kan zelfs oplaaien tot de beruchte “dependency hell”. Dependency hell? Stel je de tafelschikking bij een bruiloft voor. Oom Wim kan niet naast oom Hans zitten, want dan halen zij het toetje niet, maar hun vrouwen willen per se naast elkaar zitten, omdat zij elkaar nodig hebben voor het een of ander. Om een hulpprogramma te installeren voor mijn Wacom-tablet, moest ik een ander hulpprogramma verwijderen, dat juist weer voor het tekstverwerkingsprogramma nodig is. Het is geen toeval dat de opdracht “sudo su” lijkt op sudoku, je kan lekker puzzelen.2 (“Geen wonder dat Linux zo veilig is, geen virus heeft hier zin in, verzuchtte mijn vriend”) Nu bestaat het pakket Wine, dat ervoor zorgt dat Windowsprogramma’s kunnen draaien alsof Windows de scepter zwaait. Dit kan de veiligheid in gevaar brengen en was dat niet de reden dat wij kapten met Windows XP?

Het geheim van Linux

In computerkringen wordt Linux opgehemeld. Mijn broers vragen mij al jaren waarom ik toch maar doorga met dat malafide Windows. Daarom vroeg ik hen en mijn Linux-lievende vrienden wat er nu zoveel beter is aan dit systeem. Geroemd wordt het feit dat het besturingssysteem open source is, dat door een liefhebbende groep van programmeurs wordt samengesteld en gratis verkrijgbaar is. Software die toegankelijk is voor iedereen. Ook zou het stabieler zijn dan Windows en zou in ieder geval toegankelijker zijn om er zelf iets aan te veranderen als je daar zin in hebt. Gewoon opdrachten invoeren in een terminal. Geen menu’s die zich op de gekste plaatsen verstopt hebben. Ook kun je Linux zien als een alternatief en daarmee ook verzet tegen het grote Windows-imperium. En eerlijk is eerlijk, Linux start eerder op en sluit eerder af, zonder hinderlijke updates na het afsluiten.

Waarom geen Ubuntu?

Maar goed, we zijn nu anderhalve maand verder,

Iemand hangt uitgeput over het toetsenbord

Linux Mint is geen peuleschilletje

na een boek over Linux doorgewerkt te hebben, diverse experimenten achter de rug te hebben uitgevoerd, waarbij ik het systeem zo vernacheld had dat ik Linux Mint weer moest installeren. Na de zoveelste fantasie dat ik de computer uit het raam zou smijten, raadde een vriend mij Ubuntu, een familielid van Mint, aan. Waarom ook niet? De smaak van pepermunt begon mij te vervelen, mijn geluidskaart en Wacom-tekentablet werkten nog steeds niet, ik had de sudoku nog steeds niet opgelost. Bovendien zat mijn harde schijf plotseling helemaal vol. Dus ik schoof de installatie-DVD in de PC en begon Ubuntu te installeren, want installeren kan ik inmiddels als de beste.

Mijn verrassing was groot. Er kwam geluid uit de PC en het snoer van mijn Wacom-tekentablet hoefde ik alleen maar in te pluggen. Dan doe ik niet zo moeilijk over onoverzichtelijkheid, je kan niet in één keer (zoals in Mint) zien wat er allemaal voor hard- en software te vinden is. Met een zucht van opluchting en vreugde besefte ik het afgelopen weekend dat de PC eindelijk klaar is om alles erop te doen. Waarom wordt Ubuntu nooit samen met Mint als ideale vervanger genoemd?3

Ideale vervanger?

Ik begin te begrijpen waarom Windows zo’n succes heeft. De programma’s werken beter. Hun evenknieën in Linux, zoals Picasa, laten af en toe toch wat steekjes vallen. De Windowssoftware is bovendien makkelijker te installeren. Ook willen vensters in de beide Linux-versies regelmatig vast blijven steken zonder dat er enige beweging in te krijgen is. Linux even gebruiksvriendelijk als Windows? Nou nee. Ik ben bereid me in een systeem te verdiepen, maar ik ben geen systeembeheerder. Programmeurs mogen zweren bij Linux, ik ben maar een eenvoudige blogger.

noot 1: Wij hadden geen zin om een nieuwe computer te kopen, geen zin in een licentie aan te schaffen (de PC is redelijk op leeftijd) of een illegale Windows 7 te downloaden.

noot 2. Dit moet je intikken om beheerder van het systeem te kunnen worden,¨su¨ staat voor ¨superuser¨.

noot 3. Alleen Koen Vervloesem in Computer totaal motiveert zijn keuze: de interface van Ubuntu lijkt minder op die van Windows XP dan die van Linux Mint. De ontwikkelaars van Ubuntu voeren een eigen koers, wat resulteert in een ander uiterlijk en gedrag. Linux Mint bevat ook standaard meer multimedia-programma´s dan Ubuntu, alsud Vervloesem. Over naar Linux, p.30.

Cliches gebruikt door managers

Knipoog naar de wereld van de managers

De manager gaat sneller dan het licht. Ook al is het bedrijf van zijn werkgever toch niet zo snel, dan dient de manager in ieder geval de suggestie te wekken dat hij vooruitgaat. Want stilstand is achteruitgang, dat weten we allemaal. Vooruitgang betekent succes. Bij succes horen vlotte uitspraken als “een beetje stoeien met”, “een kwestie van de spier oefenen” of “eerst kilometers maken.” Meer van deze kun je lezen in het overzicht van clichés door managers. De manager is niet de eerste die dit soort uitdrukkingen gebruikt, maar het klinkt zo lekker populair. Net of je de wereld in je zak hebt.

Die snelheid toont zijn gezicht in de taal met veel afkortingen. AIDA is niet alleen een opera, maar ook een model om zo doelgericht mogelijk de klant jouw produkt aan te smeren. Dat is een stuk makkelijker te onthouden dan de afzonderlijke woorden Attention, Desire, Interest, Action, die ieder op zich weer staan voor een heel verhaal.

Zingende man met I-pad in zijn hand

AIDA is niet alleen een Opera van Verdi

Verder is het vocabulaire vol met woorden die uit het Engels zijn ontleend. Deze taal klinkt tenslotte tóch al snel en de guru’s op zakengebied komen toch uit die richting. Bekende uitdrukkingen zijn: focussen, win-winsituatie, teamplayer om een maar eens een paar te noemen. In het overzicht van clichés in de managerswereld staan er nog veel meer. Of het wel verzorgd Nederlands is, maakt niet uit. Kom op, daar ga je jezelf niet druk over maken! Dat kost immers tijd en die heeft de manager hard nodig om zijn “targets” te behalen. Als mensen je maar begrijpen!

Dat pakken we wel even op

Moeilijk doen is uit den boze, zelfs als de manager het zelf even moeilijk heeft, omdat hij komt te staan voor een vraagstuk dat hij niet even één, twee, drie kan oplossen. Maar het woord “probleem” zul je nooit uit de mond van een manager houden. Dan zie je “teveel beren op je weg”. Daar zijn andere benamingen voor: uitdaging of – dat maakt het nog iets groots – verhaal.

Het beamer-verhaal is opgepakt” stond er te lezen in het faciliteiten-logboek van het instituut waar mijn vriend les gaf. De hele avond was hij in gevecht met een weigerachtige beamer. Uiteraard heeft hij dit aan de conciërge gemeld. De volgende keer dat mijn vriend daar weer les moest geven las hij dit voorbeeld van managersvlugschrift. Nieuwsgierig naar het resultaat startte mijn vriend de laptop…

Bestaat er immers een nog dubbelzinniger term dan “oppakken”? Wil dat niet hetzelfde zeggen als: ¨We hebben het probleem vernomen, we gaan er wat aandoen, maar we geven geen enkele garantie dat het ook zal lukken.¨

In het geval van de beamer van mijn vriend werkte het apparaat gelukkig weer naar behoren. Maar hoeveel zaken zullen wel opgepakt zijn, maar niet opgelost?

Hier zijn we aangeland bij “Meester Vermomming” die mislukkingen, impopulaire maatregelen weet toe te dekken met zijn mantel, net als dat in de politiek voorkomt. Het is vaak een dure mantel met veel versierselen. Het taalgebruik hoeft dan ook niet meer zo snel en makkelijk te zijn. Het motiveren, inspireren of bezielen van de werknemers betekent, als wij Joep Schrijvers mogen geloven, zoveel als het manipuleren van de werknemers in jouw richting.1

Druppel boven steen

De druppel die de steen uitholt

Maar er zijn er meer: een nieuw bedrijfsmodel klinkt vaak spannend maar meestal wordt er bedoeld:“er moet op een andere manier gewerkt worden, er moeten mensen weg, de arbeidsvoorwaarden gaan erop achteruit.”2

Een gebrek aan daadkracht kan worden verhuld door de frase:“geleidelijke verandering”, “de druppel die de steen uitholt” of “een goed voorbeeld dat vanzelf goed doet volgen, al duurt het soms even.”3

Cruciale aspecten van het nietszeggen

Maar de mantel is het rijkst versierd als er niets onder zit: niets dan lucht. Verhalen, die een heel rapport vullen, een luchtkasteel, waarbij de ene containerterm op de andere wordt gemetseld. Dat je zo´n soort tekst helemaal leest en dat je achteraf denkt: waar gaat het eigenlijk over? Een voorbeeld: ¨Dit implementatietraject zal een keur aan nieuwe mogelijkheden verschaffen om in te spelen op de huidige trend van steeds vernieuwende ontwikkelingen, factoren die in de huidige situatie van cruciaal belang zijn.¨

Rara…zouden de managers die dit schrijven ook zo´n omhaal van woorden gebruiken om hun medewerkers te vertellen dat ze opslag krijgen?

Wil je jouw tekst begrijpelijk houden? Als je het over de nieuwste ontwikkelingen op een bepaald gebied wilt hebben, noem ze dan ook echt op. Cruciale vaardigheden? Leg uit wat dat Maak duidelijk waarover je schrijft.

Wat mij werkelijk humor zou lijken, is dat vlakbij de piramide van Cheops in Gizeh, (147 meter hoog, 2500 voor Christus gebouwd) de volgende tekst zou worden gevonden, in hiëroglyfen gebeiteld: “Speerpunt van dit project is de implementatie van deze constructie van grote duurzaamheid met als focus op zwaarwegende machtsfactoren cruciaal voor het toekomstig perspectief.”

En die oude Egyptenaren maar sjouwen.

Noten:

  1. Hoe word ik een rat?”, Joep Schrijvers, Scriptum Schiedam, 2002, Luister-CD, eerste CD, Hoofdstuk 2

  2. Hoe word ik een rat?”, Joep Schrijvers, Scriptum Schiedam, 2002, Luister-CD, eerste CD, Hoofdstuk 4

  3. Psychologie en techniek van het verkoopgesprek, Jan L Wage, Alphen aan de Rijn, 1992, p. 228.

Lees meer over clichés in het bedrijfsleven:

http://www.ru.nl/fm/actueel/agenda/@921581/academische/

http://www.managementsite.nl/37422/persoonlijke-effectiviteit/cliches-uit-managementland.html

http://www.hrbase.nl/profiles/blogs/hoe-clich-is-jouw-veranderplan

Engelse clichés in het bedrijfsleven:

http://www.forbes.com/sites/ericjackson/2012/06/19/89-business-cliches-that-will-get-any-mba-promoted-to-middle-management-and-make-them-totally-useless/: 89 cliches

Bronnen:

Handboek crossmediale journalistiek en redactie”, Arjan Dasselaar en Alexander Pleijter, Culemborg, 2010.

Hoe word ik een rat?”, Joep Schrijvers, Scriptum, Schiedam, 2002

Hun verloedere me taal”, Lydia Rood, Den Haag, 2012.

En dan nog iets”, Paulien Cornelisse, Contact, Amsterdam, 2012.

Taal is zeg maar echt mijn ding”,Paulien Cornelisse, 2009, Contact Amsterdam

http://www.amc.nl/web/Het-AMC/Nieuws/Nieuwsoverzicht/Nieuws/De-magie-van-het-cliche.htm door Anton Zijderveld

Overzicht van cliches in de managerswereld

Dit overzicht bevat:

  • Ik-sta-nooit-met-een-mond-vol-tanden-uitspraken:

  • Zakelijk jargon

  • Geliefde containertermen

  • Anglicismen (woorden die hun oorsprong in de Engelse taal vinden)

  • Clichés in de Engelse taal

Ik-sta-nooit-met-een-mond-vol-tanden-uitspraken:

  • Appeltje-eitje

  • Ballonnetje even tegen het licht houden

  • Beren op de weg

  • Broodje info

  • Broodje met papier ertussen als broodje info

    Broodje info

  • Een broodje doen?

  • Eerst kilometers maken

  • Gas geven

  • Gaten in ballonnetje kunnen schieten

  • Ideetjes tegen iemand aanhouden

  • Iets op iemands harde schijf krijgen

  • Kwestie van de spier oefenen

  • Mega (heel erg)

  • Met iemand stoeien over

  • Naar buiten komen

  • Op je plaat gaan

  • Op zeker

  • Plasje doen over

  • Voorkoken, nietje erdoor, kaftje klaar, klaar.

Zakelijk jargon:

  • 80/20 regel (vanuit het Engels)

  • Aangeven (in plaats van zeggen)

  • Account

  • Afromen

  • Afslanken

  • Alert inspelen op

  • Bedrijf X is de bruid van bedrijf Y

  • Bilateraaltje

  • Centraal stellen

  • Cijfertjes (te naief, wel het belangrijkste voor een bedrijf)

  • Communiceren richting

  • De (naam groot bedrijf)’s van deze wereld

  • De bandbreedte hebben (afkomstig uit de informatica)

  • De kaarten spelen voor…

  • De kassa rinkelt

  • De kneepjes van het vak kennen

  • De neuzen dezelfde kant op krijgen

  • De regie hebben of juist kwijt zijn

  • De resultaten van een onderzoek meenemen

  • De Rolls-Royce onder de …

  • Doorstart maken

  • Een beetje stress werkt motiverend

  • Weg met beren erop

    Beren op de weg zien

  • Een spiegel voorhouden

  • Een stuk …

  • Een voorstel doorpakken

  • Een voorstel lanceren

  • Eigenaarschap nemen

  • Even iets kortsluiten

  • Focus

  • Geen optie zijn

  • Geen urgentie uitstralen

  • Handen en voeten geven

  • het …-gebeuren

  • Het financiële plaatje, kostenplaatje, prijskaartje

  • Het is viral gegaan (rondgetweet)

  • Iets doorcommuniceren richting

  • Iets opstarten (verhaspeling van “starten” en “opzetten”)

  • Implementeren

  • In de etalage zetten

  • Insteek

  • Jager (koper bij overname)

  • Kansen

  • Keihard oordeel

  • Kelderen (van beurskoersen)

  • Klantgericht

  • Kortsluiten

  • KPI-tjes

  • Langs de gebaande paden

  • Marktvorsers

  • Met iemand spiegelen

  • Omhoogschieten

  • Omzet zien dalen

  • Op de kaart zetten

  • Plannen meenemen

  • Platgetreden paden

  • Positioneren

  • Precies (getal) jaar geleden (ook als nauwkeurigheid geen noodzaak is)

  • Probleemeigenaar

  • Prooi (verkocht bedrijf bij overname)

  • Slag (vertaalslag, inhaalslag, professionaliseringsslag)

  • Sparren

  • Speerpunt

  • Sterke leider

  • Synergie: 1+1=3

  • Terugkoppelen

  • Topmannen, in plaats van bedrijfsleiders of CEO’s

  • Uien afpellen (sommige dingen hebben meerdere lagen)

  • Uitdaging

  • Uitleggen (in de zin van iemand zegt gewoon iets)

  • We zijn bezig met reorganiseren (als je het zelf eigenlijk ook niet meer weet)

  • Zich niet herkennen in

Geliefde containertermen:

  • Aspecten

  • Authenticiteit verliezen/behouden

  • Continuïteit van het bedrijf

  • Cruciale vaardigheden

  • De enige continuïteit is verandering

  • Doelgerichtheid

  • Doorslaggevende criteria

  • Duurzaamheid

  • Facetten

  • Factoren

  • Fundamentele aspecten

  • Het tijdpad

  • Implementatie managen

  • Innovatie stimuleren

  • Inspireren

  • Kerncompetentie

  • Kernkwaliteiten

  • Kwaliteit waarborgen

  • Marktomstandigheden

  • Marktontwikkelingen

  • Menselijk kapitaal is het kostbaarste bezit

  • Mogelijkheden

  • Nieuwe koers

  • Ontwikkelingen

  • Optimaal functioneren

  • Resultaatgericht

  • Samen mogelijkheden creëren

  • Transparantie

  • Uitdaging

  • Verandertraject

  • Verhaal

Anglicismen (woorden die hun oorsprong in de Engelse taal vinden):

  • Checken

  • Dealen met

  • Dreamjob

  • Een “go” geven

  • Een match maken

  • Een punt hebben

  • Elkaar contacten

  • Het een en ander smart houden

  • Iets levelen

  • Laten we dat parkeren

  • Look and feel

  • Overrulen

  • Proactief

  • Quality-of-life-concept

  • Scherp houden

  • Teamplayer

  • Win-win-situatie

  • Zich comitten aan

Clichés in de Engelse taal:

  • Accountmanagers

  • Bottom line

  • Core business

  • Efficiency

  • Enhancer

  • Executive allure (zijn de deskundigen niet over eens, meestal komt het neer op uitstraling, verzorgdheid)

  • Finest hour

  • Impact

  • Insider

  • It is our cash cow

  • It was a perfect storm (we konden er niets aan doen dat alles in de soep liep)

  • Manage expectations

  • Managers

  • Nine-to-five mentality

  • Outside the box thinking (oorspronkelijk: iets vanuit een echt originele invalshoek bekijken)

  • Professionals

  • Resources

  • Sale executives

  • Shake out

  • Targets

  • This is the next big thing

Meer Engelse clichés in het bedrijfsleven:

http://www.forbes.com/sites/ericjackson/2012/06/19/89-business-cliches-that-will-get-any-mba-promoted-to-middle-management-and-make-them-totally-useless/: wel 89 cliches

Bronnen:

Handboek crossmediale journalistiek en redactie”, Arjan Dasselaar en Alexander Pleijter, Culemborg, 2010.

Hoe word ik een rat?”, Joep Schrijvers, Scriptum, Schiedam, 2002

Hun verloedere me taal”, Lydia Rood, Den Haag, 2012.

En dan nog iets”, Paulien Cornelisse, Contact, Amsterdam, 2012.

Taal is zeg maar echt mijn ding”,Paulien Cornelisse, 2009, Contact Amsterdam

http://www.amc.nl/web/Het-AMC/Nieuws/Nieuwsoverzicht/Nieuws/De-magie-van-het-cliche.htm door Anton Zijderveld

Jezelf zijn

Alleen als je een prettige zelf hebt

“Je moet jezelf zijn”, hoor je veel mensen zeggen. Spreuken als “Jezelf zijn is het mooiste wat er is” vliegen voorbij op Facebook, meestal voorzien van een achtergrond met bloemen en stralenkransen.

Meestal wordt met deze uitspraak bedoeld dat je rustig, ontspannen moet blijven terwijl je communiceert. Je moet je niet anders voordoen, omdat je zo denkt beter aan andermans verwachtingen te kunnen voldoen. (Die je uiteraard zelf hebt ingevuld). Dit kan juist tot een onnatuurlijke manier van spreken leiden.

Grappig genoeg gaan mensen die dit zeggen er automatisch vanuit dat “jezelf” altijd positieve eigenschappen bezit. Hier klinkt weer de echo (net als in het natuurbegrip van Jean-Jacque Rousseau (1712-1778) door. Hij beschrijft de mens als een wezen dat geboren is als een onbeschreven blad, dat in de loop van zijn leven steeds meer wordt beknelt door de regels van de maatschappij, de zogenaamde beschaving. Deze bezoedelt met haar normen en waarden de oorspronkelijke staat waarin de mens geboren zou zijn. Aldus de filosoof, die veel heeft geïnspireerd. Nu verheerlijken we nog steeds begrippen als oorspronkelijk, puur en authentiek. (Begrippen die ieder een plaatsje verdienen in de eregalerij van deze schatkamer) Totdat iemand puur en authentiek vertelt dat jouw nieuwe kapsel jou echt niet staat. Dan is het even slikken.

Vrouw kijkt in spiegel

Ceci n’est pas moi-même

Is jezelf zijn wel zo ideaal?

Wat te denken van een knorrige oude man, die constant zure opmerkingen maakt of een hebberig iemand die vlak voor jou royaal eten opschept bij een lopend buffet terwijl er maar net genoeg voor iedereen is. Je kan klagen over het gedrag van sommige Russen in all-inclusive resorts, maar je kan hen niet verwijten dat ze niet zichzelf zijn. Zij doen namelijk geen enkele moeite om te voldoen aan andermans verwachtingen, vaak tot grote ergernis van de andere toeristen. Dit geldt ook voor het knorrige oude mannetje, ook hij zal geen graag geziene gast zijn. De kunstschilder Van Gogh wilde goudeerlijk, maar lag met de meeste mensen overhoop, zo valt in zijn brieven te lezen. 1

“Jezelf zijn” kan ook angst aanjagen. Als ik vertel dat ik buddy ben, krijg ik vaak te horen: “O, wat knap. Dat zou ik niet kunnen.” Als een chronisch zieke patiënt praat over zijn angsten, zijn boosheid, pijn en de ongemakken die zijn ziekte met zich meebrengt, toont hij even echt zichzelf zonder te voldoen aan andermans verwachtingen. (Je moet altijd leuk en gezellig moet zijn in de nabijheid van anderen en je mag niet klagen.) Maar dit “jezelf zijn” is voor velen blijkbaar wel erg confronterend. Erg jammer.

Gekken zijn zichzelf. Ook de vier dictators waren geheel zichzelf, de catastrofale gevolgen zijn bekend.

Tekening van vier dictators

Napoleon, Pol Pot, Adolf Hitler en Josef Stalin

“Ja, maar die zijn ziek”, zullen sommigen tegenwerpen. Maar is het niet ironisch dat deze geesteszieken juist door hun aandoening zichzelf zijn. Doordat ze het contact met de buitenwereld aan het verliezen zijn, nemen angsten, machtswellust of waandenkbeelden de heerschappij over en verdrijven menselijkheid en sociale verwachtingen achter de horizon.2

 Wanneer ben je eigenlijk jezelf?

Ik heb het nu nog alleen gehad over het concept “jezelf zijn” zoals dat in het algemeen gebruikt wordt. Maar wat houdt dit concept eigenlijk in?
Wanneer ben je jezelf? Het klinkt ook alsof “jezelf” iets vaststaands is, iets dat nauwelijks verandert. Terwijl je als volwasene – mag ik hopen – wel een ander mens bent als toen je vijf was. (Al zal je waarschijnlijk wel in aanleg bepaalde karaktereigenschappen hebben meegekregen, die je jouw verdere leven met je mee zal dragen.)
Zou het ook niet zo kunnen zijn dat “jezelf zijn” verschillende vormen kan aannemen? Je gedraagt je in het bijzijn van je partner waarschijnlijk anders, dan in het bijzijn van je vrienden in de kroeg om twee situaties te noemen waarin je (als het goed is) ontspannen kunt zijn. Als ik met de ene vriendin samen ben ontstaat een andere chemie dan bij een andere en zal ik bij de enen anders reageren dan bij de andere. Logisch, er vindt telkens een interactie plaats tussen twee verschillende mensen. Ben ik dan bij de ene vriendin wel mezelf en bij de andere minder? Heeft een vrouw tijdelijk een andere “zichzelf” tijdens haar menstruatie? Wat is dat toch, dat “jezelf zijn”? Is “jezelf zijn” zijn niet vooral een concept dat net als het begrip natuurlijk en niet verwijst naar iets specifieks, maar een concept dat door iedereen op zijn eigen manier wordt ingevuld.

“Jezelf zijn” is goud waard

Nieuwsgierig vervolg ik mijn zoektocht. De dikke Van Dale zegt niet veel, “jezelf zijn” is hetzelfde als “je”. Ook Google laat mij in de kou staan, hij geeft geen wetenschappelijke verhandelingen als resultaat, behalve een column van de bekende psychologe Roos Vonk.3 Ik had nog wel gehoopt op een korte pagina op wikipedia. Maar deze zoekmachine biedt mij wel een ander belangrijk inzicht. Damesbladen, coachingsbedrijven en spirituele organisaties weten wel heel veel over het “jezelf” te vertellen. Dit “jezelf” kan je leren verbeteren of – als dat niet lukt – leren accepteren. Als je het juiste boek koopt of de juiste cursus volgt komt het helemaal goed met “jezelf” en kun je helemaal “jezelf zijn”. Weet je nog niet hoe het zit met “jezelf”? Daar kun je achter komen als je één van de talloze psychologische tests uitvoert. (Vaak is de uitslag alleen verkrijgbaar na betaling.) Een sluitende definitie van “jezelf zijn” zal hen worst wezen, er valt zo al goed geld mee te verdienen.

Zullen we besluiten om “jezelf zijn ” als het tonen een verzameling karaktertrekken aan te duiden die maken dat jij “jij” bent, als een synoniem voor jouw persoonlijkheid? Daar kunnen ook minder positieve eigenschappen bijzitten. Ik geloof immers niet in het onbeschreven blad van Rousseau. Maar ook daar heb je cursussen voor.

 Maar toch…er is niets mis met jezelf een beetje aanpassen aan de sociale normen. (Rousseau, terug in je hok!) En dan bedoel ik vooral dat je beleefd probeert te zijn en een ander niet tot last bent. Indien je ontdekt dat je de eigenaar bent van een chagrijnige “jezelf”, kom ik terug bij mijn eerste stelling: Wees alleen jezelf als je een prettige zelf hebt.

 

1.De Brieven van Van Gogh, Volledige uitgave, Leo Jansen, Hans Luijten, Nienke Bakker, 2009 Amsterdam University Press (Nederlands) ISBN 978 90 6153 851 6
2. Dit geldt uiteraard niet voor alle geestelijke aandoeningen.
3. http://www.zelfkennis.nl/columns/jezelf-zijn. Hierin geeft zij een rake beschrijving van het fenomeen jezelf zijn, wat mijn vermoedens al bevestigde.

Paradise lost?

Last time I visited a prehistoric village. There they were showing us a fire dance. A sjaman led the way. They were singing: ”The fire, the fire, the holy fire.”

Then, one of the visitors made this remark: ”Look how wonderful, how they were living in harmony with nature. They took and they gave back in return.”

Sorry, but  I must object against the idea that primitive and early civilizations lived in harmony with the nature. It’s a mere wishful thinking. I know several examples of serious damages to nature caused by our far ancestors.

Nowadays most people feel they have lost the connection with nature. We require the utmost of earthly resources by industry, we are cutting rainforests. Many people feel themselves overwhelmed by technology. We don’t know what is in our food anymore and so on. As an escape many groups started fantasizing about an ideal society. An unspoiled life in a untouched nature, inspired by philosophers like Rousseau with his “Noble Savage”, the “Noble Wildeman”. This people projected their longing for idealization on early civilizations. But I dare to say, nowadays, man is more conscious about the environment than ever before.

You don’t need sophisticated technology to ruin your environment. Not even stone axes. Fire will do. (The fire, the fire, the holy fire.) First, let me tell you about the Clovis Culture, one of the first inhabitants of America. They crossed the Bering Strait, between Russia and Alaska forty thousand years ago. They didn’t use spears to hunt, but flaming torches. So they shooed the buffalos across a steep rock and drove them over the edge of the cliff. A herd of five hundred animals were smashed down by a tribe of indians which consisted at most of forty people, archeologists found out. How much did they need to eat? 

Temple or Palace of Cnossos, 2000 - 1500 BC, Crete

Temple or Palace of Cnossos, 2000 – 1500 BC, Crete

Secondly, let us travel to the Greek island of Crete. Until two thousand years before Christ, the island was a jungle. Lions and elephants and other tropical animals walked about. Until local leaders in the city of  Knossos decided to build a huge palace or temple, archeologists are still not sure about that. That took a lot of trees. In the centuries following, up to fourteen hundred years Before Christ so many trees are downed, that the landscape  became flat and dry. The lions and elephants disappeared. The leaders wanted to show their power or honor the gods. Rather than caring for nature.

Caesar Nero playing the harp when Rome is on fireBut what surprised me the most was the recent discovery of the amount of methane emissions during the Roman Empire. Among other things, this gas is released by burning wood and fossil fuels. So much biomass was burned by Roman people that it has affected the atmosphere by then and left many traces in polar ice. Above all the invention of agriculture itself ten thousand years ago is a major polluter.

This is just a tip of the iceberg.

Finally,  I hope I have made clear that the harming of the environment is not just a item of modern times and of modern people. Never ever were people living in harmony with nature, giving in return what they have taken. Not all early
civilizations were destructive to such an amount, but there were ones who did, like the Clovis culture, the Cretans and the Romans. Are they to blame? No, they did not have the knowledge about ecosystems and the conscience that they had caused damage. They just used nature as a tool to fulfill their needs. It is as old as mankind.
Therefore, stop idealizing!

Clichés in de politiek

Clichés en politiek zijn de beste vrienden met elkaar en wel om verschillende redenen. Clichés:
1. maken teksten en redevoeringen aantrekkelijker
2. kunnen als een mantra gebruikt worden om de kiezers ergens toe te bewegen
3. werken verhullend

1. Laten we er toch maar iets vlots van maken
Clichés hebben de kracht een tekst levendiger te maken, zoals ik in mijn blogpost over het gebruik van clichés in de media al geschreven heb. Bestuurders moeten zich behelpen; beleidsnota’s en notulen zijn vaak niet de meest spannende documenten. Logisch, deze zijn ook niet bedoeld als spannend verhaal, maar om feitelijke zaken en de besluitvorming vast te leggen. De opstellers van deze documenten zijn meestal geen literaire talenten. Maar zoals altijd zijn er uitzonderingen, dan kan een bestuurder wel eens getroffen worden door een geniale inval die een copywriter niet zou misstaan. Zo heeft ooit iemand voor het eerst gezegd of geschreven: “Er zijn nog wat hobbels die genomen moeten worden” (waarschijnlijk voortgekomen uit zijn eigen ervaring als automobilist)1.

Er moeten nog wat hobbels genomen worden

Hobbels die nog genomen moeten worden

Geef toe, dat klinkt veel beeldender dan “er moeten nog wat problemen overwonnen worden”. Ook vele anderen bleken erg van deze uitspraak gecharmeerd. Tientallen malen is deze uitspraak herhaald – tot vervelends toe. De meeste journalisten kiezen voor dezelfde beeldspraak wanneer zij over politieke onderwerpen schrijven. In het overzicht “Clichés in de politiek” staan er vele opgesomd. Het schrijven over politiek heeft zich ontwikkeld tot een eigen genre met een vaststaand repertoire aan beeldspraken.

1. Ik kan het mis hebben, maar ik kan mezelf moeilijk voorstellen dat een dergelijke opmerking is verzonnen door een vrouw. Vandaar dat ik voor het mannelijk bezittelijk voornaamwoord heb gekozen.

2. Samen sterk
Deze uitspraak kent u vast nog wel; een paar kabinetsformaties geleden ontsnapte deze veelvuldig uit de mond van een man met een brilletje en een zijscheiding in het haar. Juist, Jan Peter Balkenende.
Bestuurders kunnen clichés uitstekend gebruiken als demagogisch middel; om woorden kracht bij te zetten en hun denkbeelden aansprekender te maken. Met uitspraken als “Samen met zijn allen” hopen politici een gevoel van saamhorigheid onder de bevolking te kweken. Het probleem is alleen dat als je dit te vaak hoort, je er eerder om moet lachen.
Om cabaretier Paulien Cornelisse te citeren: “Klinkt democratisch, alsof iedereen mag meedenken en dat ook doet.”2
Hetzelfde geldt voor het gebruik van “Nederland” door politici. “Dit is goed voor Nederland”, “Nederland kan niet achterblijven”, bijvoorbeeld als het gaat over het zenden van troepen naar oorlogsgebieden. Wie is Nederland? Staat ons land voor een hele natie of eigenlijk maar een kleine groep, namelijk die politieke partij die de uitspraak doet?
Daarbij moet alles transparant blijven, nog zo’n begrip waarmee je om de oren wordt geslingerd. De burger moet alles kunnen volgen wat er in de politiek gaande is om hem er meer bij te bij te betrekken (in de hoop hem voor zich te winnen). Maar of dit ook in de praktijk gebracht wordt…
Maar in deze poging tot democratisering, om de politiek naar het volk toe te brengen, moet het taalgebruik van politici ook veranderen. Je bereikt de gewone man niet met het jargon dat de overheid van oudsher eigen is. Met beeldspraken die refereren aan het dagelijks leven gaat dat een stuk makkelijker.

2. “En dan nog iets”, Paulien Cornelisse, Contact Amsterdam 2012, blz. 202.

3. Clichés en macht
Een vriend van mij, die bij de overheid werkt, vertelde mij eens dat ze op zijn afdeling altijd spreken van “plannen in de ijskast leggen”, omdat dat makkelijker klinkt.

IJskast met dossiermappen en voedsel

Plannen nog even in de ijskast leggen

Je hoeft minder uit te leggen. Je kan ook zeggen wat er eigenlijk aan de hand is: dat de plannen momenteel niet uitgevoerd kunnen worden. Maar het gebruik van een beeldspraak heeft een aantal voordelen:
Deze beeldspraak leidt de hersenen bij de informatieverwerking langs een omweg. De toehoorder ziet eerst die ijskast voor zich en dan pas de werkelijke situatie. Met een beetje geluk blijven sommigen bij dat beeld van die ijskast hangen met al die etenswaren die zo vers en fris blijven.
Het kan het geval zijn dat de plannen niet uitgevoerd kunnen worden omdat de gezaghebbenden er niet slaagden hun zaken voor elkaar te krijgen. De uitspraak “in de ijskast doen” laat niet alleen in het midden wie er schuldig (of verantwoordelijk) is. Maar deze beeldspraak toont de gezaghebbers juist als handelende personages, die toch nog een oplossing voor het probleem hebben gevonden. Geen schuldbekentenis, maar juist een opsteker!
Clichés hebben altijd een algemene strekking waardoor minder aanleiding kan worden gegeven tot specifieke vragen. Hoe meer details er omtrent een bepaald geval gegeven worden, hoe meer aangrijpingspunten de kritische toehoorder krijgt om vragen te stellen.

Clichés staan politici en topmannen ook bij in andere moeilijke situaties, wanneer zij impopulaire maatregelen moeten verkondigen, zichzelf op de vlakte willen houden of de waarheid proberen te verdoezelen. ‘Het bijstellen van de uitgaven’, ‘het herzien van de begrotingsplannen’, ‘onvoorziene posten in de discussie betrekken’, ‘de bestedingen afstemmen op de omstandigheden’, ‘nieuwe randvoorwaarden overwegen’. Vijf omschrijvingen die uitblinken in inventiviteit om het gehate woord ‘bezuinigen’ aan te duiden. (Nood maakt creatief) Er zijn echter geen synoniemen nodig om iemand te vertellen dat hij loonsverhoging krijgt. Vreemd?

Clichés worden vaak als nietszeggend afgedaan, maar vaak zijn ze juist meer een uitnodiging om beter te kijken naar wat er wel gezegd had moeten worden.

Bronnen: